Niño Bien
Tita Merello
Deugdzame Jongeman
Deugdzame jongeman, pretentieus en vol van jezelf,
Die graag in de schijnwerpers staat;
Deugdzame jongeman met twee achternamen
En die het petit bar als bureau gebruikt;
Wat een opschepper die zich als de beste voordoet
En altijd praat over papa's landgoed,
Terwijl je oude man, om de kost te verdienen,
Elke dag de straat op gaat om fainá te verkopen.
Jij denkt dat omdat je over jezelf praat,
Engels tabak rookt,
Door Sarandí wandelt,
En je je bakkebaarden laat knippen als Rodolfo,
Dat je een chique bent.
Omdat je een karmijnrode stropdas draagt
En daar in het Chantecler
Deed alsof je een danser was,
En je je haar vol gel smeert,
Denk je dat je een grote jongen bent
Maar je bent gewoon een arme sukkel.
Deugdzame jongeman, die geboren is in de buitenwijken
Van een krot verlicht met kerosine,
Die een behoorlijk dubieus pedigree heeft
En zegt dat je uit een goede familie komt,
Je snapt niet dat je je ware zelf laat zien
En als je met een triomfantelijke houding loopt
Is het overduidelijk dat je veel klasse hebt
Om te pronken achter een toonbank.