Robinson
Spitz
Robinson
Een nieuw seizoen voelt om de een of andere reden zo treurig
Ik achtervolgde je op de fiets over de onveranderlijke weg
Met herinneringen aan platen en overdreven verhalen
Hangend op mijn vermoeide schouders, zo opvallend en verblindend
Dezelfde zinnen, dezelfde tijd, die je zomaar uitspreekt
Met deze alledaagse magie hebben we het opgebouwd
Niemand komt eraan, ons eigen land, zodat ik je hand niet loslaat
Als ik je met grote kracht de lucht in til, la la la, zweven op de kosmische wind
In een hoekje achtergelaten, een kat die niet stopt met ademen
Is ook ergens vergelijkbaar, ik til je op en druk mijn wang tegen de jouwe
Bij het gebruikelijke kruispunt keek ik omhoog naar het ronde raam
Het is vies, maar zelfs de dunne maansikkel keek naar me
Aan de oever van de gedempte dromen, jouw ogen vol verbazing
En wij, hier en nu, worden opnieuw geboren
Niemand komt eraan, ons eigen land, een eindeloze lied verspreidend
Als ik je met grote kracht de lucht in til, la la la, zweven op de kosmische wind
Als ik je met grote kracht de lucht in til, la la la, zweven op de kosmische wind
La la la, zweven op de kosmische wind