Une cruche en pierre
Mey Frederik
Een stenen kruik
{Refrein:}
Een stenen kruik, wat broodkruim
Rondom je glas vlekken van wijn
Het bed onopgemaakt, een paar schoenen
Een blauw-groene sjaal, vergeten spullen.
Je had geen tijd genomen
Om ze op te ruimen bij het vertrek hm hm, hm hm
Ik zal er herinneringen van maken
Voor al die dagen die nog komen hm hm, hm hm
Ik besefte niet hoeveel tijd ik heb doorgebracht
Om daar te blijven dromen, me honderd keer af te vragen
Hoe ik al die tijd van jou weg kan zijn,
Hoe ik al die tijd van jou weg kan zijn.
{bij het Refrein}
Deze brief is af,
Ik ga boodschappen doen hm hm, hm hm
Blikvoer, koffie
En eieren voor het diner hm hm, hm hm
Maar ik heb me verveeld, het is te laat voor de markt
Ik heb nog wat wijn over en vanavond heb ik geen honger
Maar hoe ik al die tijd van jou weg kan zijn,
Hoe ik al die tijd van jou weg kan zijn.
{bij het Refrein}