Un hombre solo

Ik heb alles,
helemaal alles;
duizend vrienden en liefdes
en het applaus van de nacht.

Ik heb alles,
helemaal alles;
ik ga door het leven
omringd door mensen
die ik als van mij voel.

Ik ga van omhelzing naar omhelzing,
vanaf een kus naar een lach,
ze geven me de hand,
wanneer het nodig is;
de gekke geluk
toetert mijn voorhoofd
daar waar ik ga.

Maar wanneer de dageraad aanbreekt,
en ik alleen achterblijf,
voel ik diep van binnen
een lege zee,
een droge rivier,
die schreeuwt en schreeuwt
dat ik slechts ben
een man alleen,
een man alleen,
een man alleen.

Ik leef in een wereld
die zweeft als rook;
geen bleke schaduw
en geen geklaag op mijn lippen.

Ik heb alles,
helemaal alles;
ik ga door het leven
omringd door mensen
die ik als van mij voel.

Ik ga van omhelzing naar omhelzing,
vanaf een kus naar een lach,
ze geven me de hand,
wanneer het nodig is;
de gekke geluk
toetert mijn voorhoofd
daar waar ik ga.

Maar wanneer de dageraad aanbreekt,
en ik alleen achterblijf,
voel ik diep van binnen
een lege zee,
een droge rivier,
die schreeuwt en schreeuwt
dat ik slechts ben
een man alleen,
een man alleen,
een man alleen.