Para Médicos Y Amantes
Ismael Serrano
Voor Artsen en Minnaars
Ik wist dat alles voorbij was
toen ik je de lepel zag bewegen
langzaam, alsof die middag
het kloppen van het bloed stilviel
in de duisternis van dat grijze café.
Ik wist niet wat ik je moest zeggen, we praatten alsof
het gisteren was, zonder verder te gaan,
de laatste keer dat jij en ik spraken,
de laatste keer dat we
onszelf door de ziel en de borst boorden.
Dus ik sprak over mijn overwinningen,
over mijn laatste gedichten, over mezelf,
en bijna zonder je aan te kijken, keek ik naar je koffie
die je met verfijnde interesse roerde
alsof je toekomst ervan afhing.
Jij zei niets. Je glimlachte.
Denkend aan een afspraak, een nieuwe liefde
die diezelfde middag wachtte.
En halverwege de stilte een zin,
scherven van oude bombardementen.
Ik bracht je naar huis. We raakten elkaar
met onze gezichten wetende dat er niets
nieuwe telefoontjes zou rechtvaardigen,
dat ons hart die middag
geen interesse meer had voor artsen en minnaars.