La Società Dei Magnaccioni
Gabriela Ferri
De Maatschappij van de Losbollen
Maak ruimte, want wij komen eraan,
Die jonge gasten uit dit mooie Rome,
We zijn jongens met een kwast in de hand
En de meisjes laten we verliefd worden.
En de meisjes laten we verliefd worden!
Maar wat kan het ons schelen, wat doet het ertoe
Als de waard water in de wijn heeft gedaan,
En wij zeggen het hem, en wij doen het:
"Je hebt water in de wijn gedaan en we betalen niet."
Maar wij zijn degenen
Die in koor antwoorden:
"De wijn uit de Castelli is beter
Dan deze vieze maatschappij."
En als de schoonmoeder sterft,
Dan maken we wat spaghetti all'amatriciana,
We drinken een paar liter uit Velletri,
We worden dronken en denken er niet meer aan.
We worden dronken en denken er niet meer aan!
Maar wat kan het ons schelen, wat doet het ertoe
Als de waard water in de wijn heeft gedaan,
En wij zeggen het hem, en wij doen het:
"Je hebt water in de wijn gedaan en we betalen niet."
Maar wij zijn degenen
Die in koor antwoorden:
"De wijn uit de Castelli is beter
Dan deze vieze maatschappij."
We houden van kip,
Lam en kippen,
Want die hebben geen doornen,
Ze zijn niet zoals de kabeljauw.
De maatschappij van de losbollen,
De maatschappij van de jeugd,
Wij houden van eten en drinken
Maar we houden niet van werken.
Breng ons nog een liter,
Want dat drinken we op,
En dan antwoorden we:
"En? En? Wat is er?"
En als de wijn (en),
In onze keel (en),
In onze kelen (en),
Geeft het ons een kick (en).
Om het kort te maken, om het simpel te houden:
"Mijn beste waard, breng ons wat te drinken."
Te drinken! Te drinken!
Olé!!