O Peido da Doida
Zé Pinguelo
De Blaas van de Gekke
Een nacht in Bacabal
In februari, heel vorig jaar
Gaf ze een zó'n blaas
Dat de stad begon te trillen
De leeuw brak uit zijn kooi
En rende snel weg
De zon verdween
De maan maakte een stop
Dat alles, enkel omwille
Van de blaas die de gekke gaf
De vicaris Baltazar
Was bezig met de dienst
Toen hij de stank voelde
En het altaar verliet
Ze sloten kroeg en bar
De stad begon te rotten
De gemeente begreep
Dat er iets moest gebeuren
Door de ramp
Van de blaas die de gekke gaf
Dokter José Aurora
Was de politiechef
Die werd zo nerveus
Dat hij meteen wegvluchtte
Hij zette de 'gevangenen' vrij
En verdween toen ook
Sergeant, korporaal en soldaat
Bijna 'stierf van de vergiftiging'
Van de blaas die de gekke gaf
In ziekenhuis São Vicente
Raakte de dokter in paniek
Van uur tot uur kwamen
Auto's met zieke mensen
Om zoveel mensen te helpen
Kreeg de dokter zelf ziekte
De verpleegkamer vulde zich
Geen spuit hielp meer
Om het effect te stoppen
Van de blaas die de gekke gaf
Bloemen en planten verwelkten
De winkels gingen ook dicht
Op ordre van de gemeente
Een suikermolen
Maalde die dag niet
Iedereen daar 'vluchtte'
Ze gingen met hun neus dicht
Het was een ongelukkige stank
Van de blaas die de gekke gaf
De stad zat vol
Met vijfduizend 'gieren'
Er was geen water, geen licht
De situatie werd erg
Met vijf en een halve legua
Velen werden ziek
Wie zwak was, stierf
Het wanhoop was enorm
Ze konden de stank niet aan
Van de blaas die de gekke gaf
Ze zochten de gekke op
Voor een onderzoek
Maar zij, toen ze dat zag
Rende weg als een speer
Ze verdween in het dichte bos
Nooit meer gezien
De stad werd donker
De aarde bleef trillen
En 'vandaag' stinkt het nog
Van de blaas die de gekke gaf.