Tran Tran

Ze vragen: Hoe gaat het met je, je, je, je, je?
Ze vragen: Hoe gaat het?, Hoe gaat het?, Hoe gaat het?
Maar wij veranderen nooit, nee, nooit, nee, nooit
Hier is het altijd dezelfde saaie boel

De S, de F, de E, de R, de A
Doe niet alsof je het niet hoort
Heb je erover gehoord in jouw stad? (Hé)
Het kan me niks schelen
Ik heb niks met rap, nee
Met dat en met dat
Nee sorry, ik spreek je taal niet
Maar ik val zeker in de smaak bij je dochter
Zeker is ze al een tijdje gek op trap

Met ijzige kettingen heb ik een gebroken hart
Al op mijn leeftijd
Kun je niet praten over mijn inhoud, maat, je bent te jong
Wat een saaiheid, wat een verveling, wat een gezang
Ik weet het, ze hebben je verteld dat ik niet goed zing
Maar ik heb je al gezegd, het kan me niks schelen
Zoek een baan en help thuis
In plaats van geld aan je moeder te vragen
Nee, je hebt je lege koelkast nooit gezien
Daarom denk je niet aan het vullen van je buik
Met nare gedachten vulde ik de kamer
Toen met de inspanningen van een heel leven
Reis ik door Italië en vul de zalen
Terwijl deze thuis over Sfera praten

Ik heb nooit iets aan iemand gevraagd
Nooit aan niemand
Nee, ik zweer het
Nooit aan niemand
In deze saaie boel, maat, grote klap
Jij daarentegen staat op een loopband
Ren op de plaats
Dus ren, ren, ren, ren, ren
Praat minder, denk aan het maken van veel, veel
Vier in wiskunde, maar nu maak ik de rekeningen, rekeningen
Ik open rekeningen, maat, ik word een graaf, graaf

Ik heb die sprong in het diepe gemaakt
Ik heb de beker op het podium geheven
Ik heb mijn eerste album gemaakt
Mijn eerste gouden album
Woorden van haat
Mensen vullen hun mond met weinig
Dromen in de woonkamer met hun voeten in het water
Ik denk alleen aan jou, je bent een last
Verdomme, wat een last
Ik volg je niet op Insta
Nee
Je houdt van me nu je me op een tijdschrift ziet
Ik stuur kussen naar de fans
Ik draag geen Vans
Ik heb op mijn iPhone een nummer geschreven dat het doet

Ik heb nooit iets aan iemand gevraagd
Nooit aan niemand
Nee, ik zweer het
Nooit aan niemand
In deze saaie boel, maat, grote klap
Jij daarentegen staat op een loopband
Ren op de plaats
Dus ren, ren, ren, ren, ren
Praat minder, denk aan het maken van veel, veel
Vier in wiskunde, maar nu maak ik de rekeningen, rekeningen
Ik open rekeningen, maat, ik word een graaf, graaf