La Canción de Luciano
Patricio Manns
Het Lied van Luciano
(voor luciano cruz aguayo, een van de belangrijkste leiders van de mir (beweging van revolutionaire linksen), overleden onder mysterieuze omstandigheden op 14 augustus 1971)
Bij de stappen van luciano
Huilen de pergoleras
En zo bedekken ze met bloemblaadjes zijn eindeloze dood,
Zijn eindeloze leven, zijn stilstaande klok
Maar die, stil, markeert
De uren die hij aankondigde,
Het koppige en koude uur
Dat het volk aan zijn hand bond
Om te laten bloeien
De strijd van luciano.
Hij komt terug in botten, in kou, op een paard,
In een kus, in een brandwond.
Hij is van staal, van lucht, van as, en,
Alles wakker, komt hij om door te gaan.
Wie bindt hem op de kaart?
Wie verwoest zijn portret?
Wie doet zijn woord verstommen?
Luciano bij zijn terugkeer
Barst open in licht,
Ontbloot de waarheid,
Verbreekt met zijn hand de draden van angst,
Ademt in elke mond voor de revolutie.
Hij komt terug gewapend met water en wind,
Om jullie dromen te waken,
Om de dode dromen aan te steken.
Maak hem open!
Maak hem open!
Maak hem nu open!
Bij de stappen van luciano is er een ontelbaar volk
En een vrouw scheurt zijn naam van hoog.
De donkere ceremonie van de dood draagt hem
Als schaduw in de schaduw van het uitvaartritueel,
Het ritueel dat hem verlicht,
Dat het volk aan zijn hand bond,
Om te laten bloeien
De strijd van luciano.