Andalucía
Pablo Alborán
Andalusië
De geur van zout, omringt mijn dorst,
verleidt me de kleur van jouw straat.
Het geluid van de zee dat me hierheen brengt,
verleidt mijn zang en streelt mijn huid.
Flamencoland vol pijn en verdriet
heeft de vlag gesmeed, van de dichter
die Andalusië verdedigt met zijn leven.
Patio waar de lucht de muren tekent,
lied van bloemen die de liefde schenkt.
Een man zit met een gitaar,
zang van sirenes en dans van een gitane.
Flamencoland vol passie en vreugde
dat ons hoop geeft, nacht en dag,
ik verdedig Andalusië, met mijn leven.
We waren met z'n tweeën, zingend voor het leven,
ik kom om jouw stem en vrolijke melodie te herinneren.
Ik wil niet van je weggaan,
bind mijn zeilboot, dat is mijn oprechte hart.
En nu leid me, leer me vliegen
over jouw bergen en jouw rivieren,
leer me te zeggen dat ik van je hou,
met een enkele zucht,
Andalusië, ik hou van jou, mijn leven.
We waren met z'n tweeën, zingend voor het leven,
ik kom om jouw stem en vrolijke melodie te herinneren.
Andalusië, Andalusië..
Je hebt me alles gegeven wat ik ben,
de manier van lopen,
ik meet mijn stapje
om me niet meer te verliezen.
Je hebt me alles gegeven wat ik ben,
de manier van lopen,
ik meet mijn stapje
om me niet meer te verliezen.
Je hebt me alles gegeven wat ik ben,
de manier van lopen,
ik meet mijn stapje
om me niet meer te verliezen.
Je hebt me alles gegeven wat ik ben,
de manier van lopen,
ik meet mijn stapje
om me niet meer te verliezen.