Lejos de La Ciudad

Ik kom van de warme lucht die het suikerriet beweegt
Ik breng de geur van mijn mensen mee, van citroen en van sinaasappelbloesem
Ik kom van het pad langs het water, door de armen van
De granaatappel en de vijgenboom, schaduw om te rusten
Ver weg van de stad

Schaduw om te rusten
Ver weg van de stad

Ik kom van een voren in de aarde, van bloed om te zaaien
Van het zweet waarmee de bloem van de vrijheid wordt bewaterd
Ik kom van een dapper dorp
Van mensen die vechten voor hun brood
Met nagels en tanden tegenover die anderen die gaan
De grond verkopen waarop ze lopen
Proberen je te kopen
En ze kennen het leven niet
En zijn slaven van het kwaad

Ze lopen met een valse glimlach
En zwijgen in de duisternis
Ze weten niet waar ze vandaan komen
En nog minder waar ze naartoe gaan

Ver weg van de stad
Ver weg van de stad
Ver weg van de stad
Ver weg van de stad
Ik kom van stenen paden, van straten zonder asfalt
Mijn grootmoeder ging niet naar school maar leerde vechten
Ze was een kind van de oorlog, daarom weet ze meer
Dan die intellectuelen die in de hoofdstad praten over
De linkerzijde en over

De vooruitgang
Hoewel ze zelfs voor kussen met valuta betalen
Ze doen alsof ze revolutionairen zijn
Theoretiseren over het vreemde
Ze zijn deel van het probleem
Ook al weigeren ze het te zien en ik
Ver weg van de stad
Ver weg van de stad
Ver weg van de stad