Je te veux toi
JuL
Ik wil jou
Ik heb wat nodig voordat ik mijn verstand verlies, dikke joint om me te kalmeren
Ik laat jouw mensen dansen, ik laat de menigte opstaan, ik geef al mijn liefde, ik neem niet alleen maar aan
Als het hart spreekt, nee, geen Twitter nodig
Zij is de mooiste, haar haar tot onderaan haar rug
Soms schelden we en een uur eerder gaven we elkaar knuffels
Ik hou van je, weet je, kom, geef me een kus
Ik wil jou, jou, jou, jou, jou
Alleen voor mij, mij, mij, mij, mij
Ja, voor het leven, -leven, -leven, -leven
Ik geef je een kus, mij, mij, mij, mij
Ik wil jou, jou, jou, jou, jou
Alleen voor mij, mij, mij, mij, mij
Ja, voor het leven, -leven, -leven, -leven
Ik geef je een kus, mij, mij, mij, mij
Ze heeft een geweldig lichaam, een prachtig gezicht, ik ben de hele nacht in haar armen gebleven
En als ik wegga om rond te rijden, zegt ze: Het is goed, je bent je hele leven buiten geweest
En mijn hele leven wil ik jou bij me, de gitaar doet me aan jou denken
Mijn hele leven wil ik jou bij me, de gitaar doet me aan jou denken
Dus, ik ben een beetje jaloers als ik je zeg dat je te veel je best doet
Ze maakt altijd ruzie, ze zegt: Beantwoord als ik je bel
Ik wil jou, jou, jou, jou, jou
Alleen voor mij, mij, mij, mij, mij
Ja, voor het leven, -leven, -leven, -leven
Ik geef je een kus, mij, mij, mij, mij
Ik wil jou, jou, jou, jou, jou
Alleen voor mij, mij, mij, mij, mij
Ja, voor het leven, -leven, -leven, -leven
Ik geef je een kus, mij, mij, mij, mij
Mijn schat, schat, schat
Mijn hart klopt, klopt, klopt, klopt, klopt
We moeten de zomer uit, -er, -er, -er, -er
We moeten samen eten, -eten, -eten, -eten, ah, ah
Mijn schat, schat, schat
Mijn hart klopt, klopt, klopt, klopt, klopt
We moeten de zomer uit, -er, -er, -er, -er
We moeten samen eten, -eten, -eten, -eten, ah, ah
Ik wil jou, jou, jou, jou, jou
Alleen voor mij, mij, mij, mij, mij
Ja, voor het leven, -leven, -leven, -leven
Ik geef je een kus, mij, mij, mij, mij
Ik wil jou, jou, jou, jou, jou
Alleen voor mij, mij, mij, mij, mij
Ja, voor het leven, -leven, -leven, -leven
Ik geef je een kus, mij, mij, mij, mij