La Otra Orilla
Frank Delgado
De Andere Oever
Ik heb altijd gehoord over de andere oever
Omhuld in een wolk van mysterie.
Daar waren mijn ooms in kleur,
Hier simpelweg in zwart-wit.
Je moest zachtjes over hen praten
Soms met een toon van minachting.
En op school leerde ik dat ze wormen waren
Die hun dorp hadden verlaten.
Dansend met Celia Cruz, luisterend naar Willy Chirino,
Eren we dezelfde heilige en met dezelfde peetoom.
Daar in de sabuesera, straat 8, jallaldía,
Wandelt de helft van de familie die daar op de andere oever woont.
Op een dag kwam oom terug van de andere oever
Met zijn sociale geest in zijn bagage.
En ze noemden hem niet meer worm
Omdat hij begon te zijn een gemeenschapspersoon.
En eindelijk kwam het fatale jaar '80
En mijn familie werd kleiner.
Zoals jaren eerder in Camarioca
Verslond de haven van Mariel hen.
De stroom naar de andere oever gaat nog steeds door
In reguliere vluchten en met vlotten.
En ik weet dat ze terug zullen komen zonder amnestie
Omdat we hun geld nodig hebben (of hun troost, ik weet het niet).
Ze zullen verblijven in luxe hotels
En betalen met hun sterke valuta.
En degenen die hen scholden voor uitschot (zoals ik)
Zullen de naam moeten slikken (dat zeg ik niet).
Dansend met de Van Van, luisterend naar Silvio en Pablito,
In de rij voor brood, of een drankje delen.
De waardigheid en de afstand zijn meer dan negentig mijl.
Ik besloot op eigen risico hier aan deze oever te blijven.
Dansend met Celia Cruz, luisterend naar Silvio en Pablito.
Zeg niet meer uitschot, want dat zijn de Marielitos.
In zo'n informele mix, merengue met platanito.
Misschien duurt het even voor het brood er is, houd vol broeder, nog even.
Hoeveel schaarste er ook is, ik bied je een drankje aan.
Die zender, mijn broeder, zet hem iets zachter.
Zegt dat ze aankomen, pas op met je optimisme.