Cuando Te Vi
Frank Delgado
Toen Ik Je Zag
Toen ik je zag
huilde je verstopt in een hoek van de tuin
want gelukkig zijn
was tien kilometer van de kleuterschool.
Maar ik heb je vertroeteld, ik leende je mijn fopspeen, ik gaf je mijn wagentje.
Ik dacht dat je me niet mocht
je liet me al je klei doorslikken.
Yuneisi, ik hou van je, doe niet zo stoer.
Geef me een hap van je schil.
En we verdwalen in intellectuele doolhoven
om te begrijpen waarom onze piemels anders zijn.
We wisselen stromen van verkoudheid uit met verlangen,
je gaf me je schurft, ik gaf je mijn luizen.
Toen ik je zag
had je de kleur van chocolade
en ontdekte ik
dat mijn oma je probeerde te scheiden.
Maar we speelden, gekke hoofden,
met vieze dingen in onze mond:
levende wormen, sigarettenstompjes,
stukjes oud brood, verpakt in modder.
Yuneisi, ik hou van je, je ouders maken me bang,
de rechter scheidt ze, en de duivel brengt ze samen.
Toen ik je zag
droeg de juf je op haar knieën
en met klappen
moest je die vreselijke pap doorslikken.
En we protesteerden, we waren met velen,
als er geen lollie is, eet ik mijn snot op.
Om je te verdedigen zette ik een stap naar voren:
als ik groot ben, word ik leider.
Yuneisi, ik hou van je, ik weet niet of je van me houdt,
maar ik confesseer, ik plas in bed.