Pelea

OH HEER, OP MIJN KNIEËN IN MIJN KAMER VRAAG IK
DAT JE MIJN ROEP HOREN KUNT
HELP ME IN DEZE PROEF, JEZUS
GEVE ME KRACHT, GEVE ME KRACHT

Iemand vraagt me om kracht om te weerstaan
(Ik heb kracht nodig om te weerstaan)
iemand vraagt me om zalving om de verzoeker te overwinnen
(Ik heb jouw zalving nodig)
iemand vraagt me om autoriteit, ik hoor hem zingen
(geef me de autoriteit)
iemand vraagt me om vuur (stuur vuur, Heer)
mijn vuur komt naar buiten (mijn hart brandt)

Plotseling gebeurde er iets
(vandaag kom ik jouw kamer binnen)
duizend tranen beginnen te stromen
(jouw kamer begint te beven, omdat ik de Zoon van God ben)
en in jouw handen heb je mijn verzoek
(ik kom dichterbij jouw oor) kom dichterbij, Jezus
(en ik zeg je, ik zeg het opnieuw)

(Vecht, vecht, vecht) Ook al ben je in de proef
(Vecht, vecht, vecht) ook al wil de Duivel niet
(Vecht, vecht, vecht) ik zal je geven, ik zal je geven wat je het meest verlangt
(Vecht, vecht, vecht) ook al ben ik in de proef
(Vecht, vecht, vecht) ook al wil de vijand niet
(Vecht, vecht, vecht) ik weet dat je me zult geven
wat mijn ziel het meest verlangt

Ik weet dat, net als ik, de vijand jou aan het schudden is
jouw familie, jouw financiën en jouw gezondheid, om je te zien vallen
maar te midden van jouw storm
te midden van jouw proef, zegt God tegen je:
Vecht, vecht, vecht (oooh)

Stop niet, blijf vechten
want de strijd win je
wanneer je het met geloof en met je hart doet
en blijf sterk (blijf sterk)
ook al komen de bedoelingen
niks zal me stoppen
ik zal vechten, ik zal vechten,
vecht, vecht, vecht, oooh

(Vecht, vecht, vecht) Oooh
(Vecht, vecht, vecht)
(Vecht, vecht, vecht)
ook al voel je dat je niet meer kunt
dat je krachten op zijn
vecht, vecht
(Vecht, vecht, vecht) blijf sterk
(Vecht, vecht, vecht) vecht, geef niet op en vecht
(Vecht, vecht, vecht) vecht, vecht, vecht, vecht
vecht, vecht, gewoon vecht

OMDAT IK BIJ JE BEN
VANDAAG, MORGEN EN ALTIJD
GEVENDE, VECHT, VECHT

Vecht...
OMDAT JE EINDIG WINT