Cabocla Tereza
Eduardo Costa
Cabocla Tereza
Daar op de top van de berg
In een vreemd huisje
Helemaal van riet
Stopte ik op een nacht te paard
Voor meer dan twee knallen
Die ik daarbinnen hoorde
Ik stapte voorzichtig af
Hoorde een perfecte zucht
En een stem vol pijn
Jij, Tereza, rust maar
Ik zwoer wraak te nemen
Voor de dood van mijn liefde
Door de spleet van het raam
Door een klein geel lichtje
Van een bijna doof lampion
Zag ik een cabocla op de grond
En een kerel had in zijn hand
Een wapen dat licht gaf
Draaide mijn paard in galop
Schoot met sporen en zweep
Bloedde de flank van de tar
Daalde de berg af
Galopperend met mijn hengst
Om de dokter te roepen
We gingen terug naar de berg
Naar dat vreemde huisje
Ik en de dokter van jou
We troffen de kerel geschrokken
Die ons naar één kant riep
En zijn verhaal vertelde
Een tijd geleden bouwde ik een hut
Voor mijn cabocla om te wonen
Want daar was ons nest
Ver weg van deze plek
In de hoogte van de berg
Dichtbij het licht van de maan
Leefde ik een jaar gelukkig
Zonder dit ooit te verwachten
En er ging veel tijd voorbij
Denkend aan zo gelukkig zijn
Maar Tereza, dokter
Wilde geen geluk
Mijn droom in deze ogen
Betaalde ik duur voor mijn liefde
Voor een andere caboclo
Verliet ze mijn hut
Voelde mijn bloed koken
Zwoer Tereza te doden
Mijn schimmel zette ik neer
En ik ging haar zoeken
Nu heb ik me gewroken
Dit is het einde van een liefde
Deze cabocla heb ik gedood
Dit is mijn verhaal, dokter.