Alles Du, alles Dur
Dota Und Die Stadtpiraten
Alles Jij, alles Blij
Tandenklapperen, tandenknarsen,
en daarbij de norse, strenge gezichten, blikken, opmerkingen.
Dat moet het harde, echte leven zijn.
Iedereen zijn lot, zijn last, zijn troost.
Ik was bijna wanhopig door de moeite van de lange weg.
Wat moet ik hier?
Zie geen verre wegen, zie alleen frustratiepunten op de weg naar jou.
En dan in jouw armen, alles goed, alles verder onbelangrijk.
Alles jij, alles blij,
alles slechts een kietellach, voel me fijn.
Dat zijn momenten, als cadeaus,
als drankjes met limoensap en alcohol.
En dan in jouw armen, alles goed, alles verder onbelangrijk,
ben ik vrij, ben ik kind en zijn we onderweg.
De wereld staat open om ontdekt te worden,
Dus kunnen we ons net zo goed
vandaag hier verstoppen.
En patati en patata, zoveel gepraat
en ik zeur en ik wacht en ik staar.
Abracadabra, ben ik daar!
In jouw vier muren een beschuttend tent,
met het raam naar de hemel,
en de deur naar de wereld.
En dan in jouw armen, alles goed, alles verder onbelangrijk,
onbetaalbare uren.
Schilder de kleurrijke beelden op jouw muur.
Dagen als seconden en jij mijn prins en vondeling in het wonderland.
En dan in jouw armen, alles goed, alles verder onbelangrijk.
Alles jij, alles blij, dom zou het zijn,
Als ik nu mijn ogen sluit en dan open,
en plotseling ben jij er niet meer.
Ook buiten is alles flauw,
alles saai, alles treurig.
Het maakt me niet uit,
ik kom binnen als prinses in jouw koninkrijk.
En dan in jouw armen, alles goed, alles verder onbelangrijk.
Alles jij, alles blij,
alles slechts een kietellach, voel me fijn.
Momenten als cadeaus,
als drankjes met grenadine en alcohol.
En dan in jouw armen, alles goed, alles verder onbelangrijk.
Het gepraat van de wereld lijkt banaal.
Hier kan ik zijn wie ik ben,
vrij met het hart in de hand
en drie woorden in gedachten,
en drie woorden in gedachten,
en drie woorden in gedachten.