Kalter Arsch Mit Schneegestöber
Der Raketenhund
Koude Kont Met Sneeuwstorm
De wind blaast sneeuw in mijn gezicht.
Dat is vast al blauw zoals ik.
En we schrijven slimme spreuken op de auto's in de sneeuwlaag.
Ze noemen dit allemaal vermaak wat wij saai vinden.
En ze tikken ijverig zinnen.
Totdat niemand meer mist wat eindelijk waarheid moet worden.
Wat eindelijk waarheid moet zijn.
En daar stap ik uit.
Veertienvijfennegentig alsjeblieft.
En dit is hier geen fietspad.
Dat is alles wat ze weten.
En alles wat ze willen weten.
Geen jaloezie meer.
Op deze nachtmerrie op aarde.
Ze hebben mijn kont al duizend keer platgelopen.
Er zijn er te veel.
En voor elke die ik krijg, worden er twee anderen bevrijd.
Ik stel de vraag waar jullie zijn.
Ik wil nu weten waar jullie zijn.