Leningrad
DDT
Leningrad
Plus één, nul, plus twee, de winter is zwart geworden
Januari bloeit met de draak van de lucht, ha-ha!
Van het zuiden kruipt de wind, niet in staat tot rennen,
Verslindt, zwakke, doorgezouten sneeuw.
En achter hem, als de pest - de Lente. *4
Oh-ha-ha-ha!
En op de Neva landde een vlucht grote laarzen,
En op de Neva staat zo'n kut,
En boven de Neva kijkt de gevangenis
Bestaat uit eenzame mannen,
Die geen reden vonden voor gratis warmte.
Volstrekt onbegrijpelijk - de Lente. *4
Eh-ha-ha-ha!
En in de kanalen weerkaatst het water de bruggen
En de afgronden van paleizen, en de kolommen van bossen
En de daken van koepels, en het kippenhok-kiosk,
Die voor zulke verbindingen verwelkte rozen uitdeelt.
En de cultuur, zwetend in plastic van de regen,
Verkondigt voor iedereen de Nacht van Witte Messen
En we zijn allemaal bang dat we in de oorlog belanden...
Ze is schuldig - de Lente. *4
Oh-ha-ha-ha!
He, Leningrad, Petersburg, Petrogradisch
Marsweide, Winterbegraafplaats.
Afgebroken van Rusland, niet zoals moeder,
Bleek, mager, euro-ogen voorbijganger.
He, Leningrad, tot de buik toe volgeladen,
Gekookt, gestoomd, cadeau gekregen, gestolen.
He, Leningrad, door de revolutie gezegend,
Meubels verbrand, huis omgebouwd.
Met ramen, oude dames, leeuwen, titanen,
Linden, sfinxen, honing, Aurores.
He, Leningrad, jullie zijn verwend met de warmte,
Jullie zijn in januari al opnieuw gekust.
In de gierige lente waren je openbaringen
De aderen van verdriet en twijfels hebben onthuld.
He, Leningrad, ik ben verloren in de liefde
In jullie staalachtige ogen...
Drink tot je dronken bent - de Lente. *4
Ah-ha-ha-ha!