Monsieur De Lafontaine
La Bande à Basile
Monsieur De Lafontaine
Monsieur de Lafontaine, u heeft goed geschreven
Over de menselijke natuur, maar niet alles gezegd
Ondanks zoveel wijze woorden van alle dieren
Is de mens het wildst, telkens als het moet
En het meest onzeker, maar niet de minst slimme
Ah! meneer de raaf, wat lijkt u mooi
Ah! meneer de vos, u komt te laat
Ik heb de fabel al gelezen, u bent heel vriendelijk
U bent wel slim, maar u overdrijft
Maar ik weet wijs te zijn om mijn kaas te bewaren
Monsieur de la Fontaine, u heeft goed geschreven
Over de menselijke natuur, maar niet alles gezegd
Ondanks zoveel wijze woorden van alle dieren
Is de mens het wildst, telkens als het moet
En het meest onzeker, maar niet de minst slimme
Mevrouw de cicade, ondanks dat de zomer voorbij is
Beantwoordt in het Provençaals aan mevrouw de mier
Dat ze toch zingt tot aan de vastentijd
En zelfs daarbuiten, denk dat ze genoeg heeft
Met haar auteursrechten om niet van de kou te sterven
Ook al zijn we voorzichtig, ah! nee meneer de wolf
U als voedsel gebruiken, dat wil ik helemaal niet
De lammetjes zijn nu veel voorzichtiger
Vooral omdat ze de fout hebben niet sterker te zijn
Reken niet op mij, zoek een andere prooi
Je kunt je vangst loslaten, ook al ben je een visser
En je shirt geven als je een goed hart hebt
Monsieur de la Fontaine, u heeft goed geschreven
Over de menselijke natuur, maar niet alles gezegd
Over de menselijke natuur, maar niet alles gezegd