Bummel Petrus

Overal is er grote kolennood,
Zelfs in de hemel zijn ze in de nood,
Petrus twijfelt soms en steekt dan
Hier en daar een sterretje aan.

Zuinigheid is ook daarboven in trek,
Tot negen uur is er sterrenlicht, gek.
Alle engelen, groot of klein,
Moeten dan naar bed, dat moet wel zijn.

Alleen de Bummel-Petrus zegt
Dat hij niet naar Baba gaat, echt,
Vaak sluipt hij met een muis
's Avonds de hemel uit, heel stiekem, als een spook.

Ja, ja - ja, ja, de hemel uit, heel stiekem!

Zachtjes zoekt hij zijn sleutel voor
En sluit de grote hemelpoort, hoor,
Draait de lamp in de maan heel klein,
Lachend zegt zijn meidje:

Petrus sluit de hemel toe,
Alle engeltjes gaan naar de zoet.
Alleen de slimme Petrus waakt,
|: Omdat die oude bengel
Vandaag met een engel
Een klein rondje maakt. :|

(Petrus sluit de hemel toe,
Alle engeltjes gaan naar de zoet.)
Alleen de slimme Petrus waakt,
|: Omdat die oude bengel
Vandaag met een engel
Een klein rondje maakt. :|

En zo deed hij het dag in, dag uit,
Uiteindelijk merkte een engeltje het, dat is niet fout,
Die heeft het snel rondverteld,
Zelfs de Heer heeft erom gelachen, dat is wel verteld.

Op een ochtend kwam de Petrus dan
Sterk beschonken met zijn liefje aan,
Plotseling schreeuwde hij bleek van angst en schrik:
Schatz, mijn sleutel is weg, dat is echt niks!

En toen riep hij weemoedig:
Wat zal de Heer denken, dat is zo droevig?
Bummel-Petrus is in de schande,
Omdat hij 's nachts zo rondhangt, dat is geen handje!

Ja, ja - ja, ja, omdat hij zo rondhangt!

Vrolijk keken uit het hemelhuis
Honderdduizend lieve engeltjes naar buiten, heel pluis.
Allemaal zongen ze ondeugend dan in koor
Petrus luid het liedje voor:

Petrus sluit de hemel toe,
Alle engeltjes gaan naar de zoet.
Alleen de slimme Petrus waakt,
|: Omdat die oude bengel
Vandaag met een engel
Een klein rondje maakt. :|

(Petrus sluit de hemel toe,
Alle engeltjes gaan naar de zoet.)
Alleen de slimme Petrus waakt,
|: Omdat die oude bengel
Vandaag met een engel
Een klein rondje maakt. :|